Tussen 2016 en eind 2019 verzamelden de chauffeurs van de Lijn 5.851 boetes voor een totaalbedrag van 368.148 euro. Terwijl chauffeurs in Antwerpen slechts 9% moesten terugbetalen, was dat bij hun collega’s uit Vlaams Brabant 37,8%. In Limburg betaalde de overtreder gemiddeld 34,5% terug. In Oost-Vlaanderen en West-Vlaanderen was dat respectievelijk 26% en 26,9. “De terugbetaling van de boetes is meestal een procentuele berekening en hangt af van de locatie, het type van overtreding en het aspect van recidive. Per provincie worden er echter andere regels toegepast en dat zorgt duidelijk voor significante verschillen”, verduidelijkt Bert Maertens.
Een uniform boetesysteem, liever vandaag dan morgen
Bert Maertens: “Het is cruciaal dat er een eenvormig boetesysteem komt, liever vandaag dan morgen. De Raad van Bestuur en de directie van De Lijn zijn zich hier wel degelijk van bewust. Maar het zijn helaas de vakbonden die het laten afweten. Uit het antwoord dat de minister me bezorgde, blijkt immers dat er begin september van vorig jaar al een concreet voorstel voor een uniforme boeteregeling werd voorgelegd aan de nationale secretarissen van de vakorganisaties. Tot op vandaag weigerden zij hierover echter hun standpunt kenbaar te maken. Dat valt echt te betreuren. We moeten snel vooruitgang boeken met dit dossier en eindelijk met een uniforme regeling voor het terugbetalen van verkeersboetes bij De Lijn van start kunnen”.